Beslissing van de federale rechter
Op maandag wees een federale magistraat haar verzoek af om vrijgelaten te worden uit de gevangenis terwijl ze haar beroep tegen haar veroordeling in de staat voortzet. De voormalige griffier van Mesa County, Tina Peters, was veroordeeld voor het leiden van een datalekschema gebaseerd op valse beschuldigingen over stemmachines en fraude tijdens de presidentsverkiezingen van 2020. Peters had een civiele rechtszaak ingediend bij de federale rechtbank waarin zij vroeg om borgtocht tijdens haar beroepsprocedure. De advocaten van de staat argumenteer-den dat de zaak moest worden afgewezen, mede vanwege een juridische doctrine die voorkomt dat federale rechtbanken zich mengen in lopende strafzaken op staatsniveau.
Rechterlijke uitspraak en reactie
De federale magistraat Scott Varholak koos er maandag voor om niet in te stemmen met Peters’ verzoek. Hij oordeelde dat zij onvoldoende bewijs had geleverd dat hij moest ingrijpen om haar straf ongedaan te maken. John Case, de advocaat van Peters, verklaarde in een e-mail dat zij teleurgesteld waren over de uitspraak. Hij bleef erbij dat Peters onschuldig is en dat de betrouwbaarheid van stemmachines ter discussie staat. Volgens hem zal haar vrijlating, die volgens verwachting op korte termijn zal plaatsvinden, helpen bij het herstel van de situatie rondom Peters en de inwoners van Colorado.
Reacties van politieke figuren en advocaten
Een woordvoerder van het Colorado-advocatenkantoor wilde niet meteen reageren op de uitspraak. Ondertussen hebben voormalig president Donald Trump en diverse supporters zich uitgesproken voor de vrijlating van Peters. Ze stellen dat haar veroordeling onterecht is en dat haar uitspraak in strijd zou zijn met haar eerste amendement, dat vrijheid van meningsuiting beschermt. Tijdens haar zitting in oktober 2024 noemde rechter Matthew Barrett haar een „bedrieger” en uitte hij zijn zorgen over haar gevaar voor de gemeenschap omdat zij onware beweringen over stemming en democratische processen verspreidde.
Status van Peters’ beschuldigingen en haar verweer
Peters bleef volhouden dat haar handelingen waren gericht op het blootleggen van vermeende fraude. Ze stelde dat haar acties in het belang van de samenleving waren, terwijl haar advocaten betoogden dat Barrett verkeerd was door haar verklaringen als leugens te bestempelen en dat er geen bewijs is dat haar uitspraken een gevaar vormden. Diverse politieke leiders, waaronder de voormalige vicepresident Michael Flynn en andere vooraanstaande figuren, hebben aangedrongen op haar vrijlating. Trump riep op 21 augustus op Twitter op tot haar onmiddellijke vrijlating, onder verwijzing naar vermeende verkiezingsfraude en haar leeftijd en gezondheid.
Ondersteuning vanuit de staat en het federale rechtsstelsel
De administratie van Colorado stuurde medio november een brief naar het gevangenissysteem, waarin gevraagd werd om Peters over te plaatsen naar federale detentie. Een van haar advocaten verklaarde dat deze stap bedoeld was om haar meer direct betrokken te laten zijn bij het onderzoek naar de verkiezingen van 2020. Tot op heden bestaat er geen bewijs voor grootschalige verkiezingsfraude in Colorado, terwijl de verkiezingen in de staat door lokale griffiers, voornamelijk Republikeinen, sterk worden verdedigd. De federale overheid kwam in maart in actie, met de opmerkingen dat de straf procedure mogelijk meer politieke doeleinden diende dan gerechtigheid.
Historische voorbeelden en juridische middelen
Het Amerikaanse ministerie van Justitie had erbij betwijfeld of haar vervolging rechtvaardig was en vroeg de rechtbank te beoordelen of haar straf meer gericht was op politieke acquisitie dan op het behalen van echt gerechtigheid. Peters’ advocaten verwezen naar historische gevallen waarin federale rechters herzieningen toestonden voor personen die nog in beroep waren, onder andere in een zaak uit 1977 waarin de activist Russell Means werd vrijgelaten vanwege schendingen van zijn eerste amendement rechten tijdens incarceratie.
Conclusie
Peters’ juridische procedure blijft voortduren, terwijl haar beroep en de vraag rondom haar detentie en de politieke betrokkenheid nog niet zijn opgelost. De komende periode zal bepalen of haar zaak verdere juridische stappen zal vereisen of dat er andere oplossingen worden gevonden.
