Katten zijn altijd het ultieme icoon van onafhankelijkheid geweest – tot nu toe. Wist je dat volgens recent onderzoek honden slimmer blijken dan katten? Nou ja, daar zijn de meningen natuurlijk over verdeeld. Maar het verklaart wel waarom ik in mijn wijk steeds vaker wandelende baasjes zie en het aantal katten op straat – tja, eerlijk is eerlijk – wat minder lijkt te worden.
Wetenschap vs. Gezelligheid: wat maakt honden slimmer?
Onlangs sprak ik met een vriendin die bij de Universiteit Utrecht werkt – zij vertelde dat hersenscans aantonen dat honden gemiddeld meer neuronen in hun cortex hebben dan katten. Daarbij trekken ze dus betere conclusies, herkennen gezichten sneller (vraag dat maar aan je hond als je thuiskomt) en zijn zelfs beter in het oplossen van eenvoudige puzzels.
- Honden onthouden commando’s en namen (mijn buurvrouw zweert dat haar labrador “bol.com doosje” herkent – geloof het of niet…)
- Ze begrijpen menselijke emoties verrassend goed — volgens een studie uit Nijmegen herkennen honden blije én boze gezichten beter dan katten. Dat verklaart misschien waarom je hond altijd precies weet wanneer je een lange dag had.
- Honden leren sneller routines — denk aan wandelen, apporteren, of gewoon op tijd aan de riem komen staan.
Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Mijn moeder zegt altijd dat haar kat Mozart slimmer is dan de gemiddelde advocaat, maar ja – moeders.
Katten blijven natuurlijk wel hun charme houden
Voordat je nu naar Marktplaats rent om je kat te ruilen voor een border collie: katten hebben hun eigen superpowers. Zelfstandigheid, bijvoorbeeld, of het vermogen één plekje op de zonnigste vensterbank te claimen en daar drie uur niet van te bewegen.
Bovendien: in Amsterdam, waar ik woon, zie ik steeds meer jonge stelletjes die juist kiezen voor een kat omdat hun appartement simpelweg te klein is voor een hond. En zeg nou zelf, op dag 238 van druilerig weer is het wel fijn dat je geen vier keer per dag met laarzen naar buiten hoeft.
Is de keuze voor een hond een hype… of slimme zet?
Natuurlijk, honden vragen veel tijd (vraag dat maar aan mijn collega die sinds kort een puppy heeft – ze slaapt sinds maanden nauwelijks langer dan twee uur aan één stuk). Ze geven structuur, ze halen je uit huis – soms letterlijk, als ik m’n buurjongen weer met drie honden tegelijk het Flevopark in zie trekken.
Toch is er iets aan die trouw van honden, dat gevoel van verbondenheid. In onze wijkgroep op WhatsApp werd vorige week zelfs gesuggereerd om een “hondenmiddag” te organiseren. Ik twijfelde even of ik mijn kat mee moest nemen – maar besloot het toch niet te doen. Geen idee of Mozart daarop zat te wachten.
Zou jij voor een hond kiezen?
Dus, wat betekent dit allemaal voor jou? Misschien ben je al tientallen jaren kattenmens of heb je net de perfecte hond gevonden bij het asiel om de hoek. Wat de wetenschap ook zegt, uiteindelijk kiest iedereen op gevoel. Mijn ervaring: een hond verandert je routine – soms lastig, vaker leuk.
Katten blijven makkelijk én grappig om te volgen op Instagram, maar die blik van een hond als je thuiskomt… daar kan weinig tegenop.
Heb jij thuis team kat of team hond zitten? Deel gerust je ervaringen hieronder – want ervaringen zeggen vaak toch meer dan welke hersenscan dan ook.
