Het zal je niet verbazen: de tijden dat iedereen elkaar automatisch een hand gaf — bij aankomst op Schiphol, op de camping in Zeeland of zelfs bij je nieuwe buurman in Rotterdam — lijken langzaam tot het verleden te behoren. Een beetje onverwacht misschien, want ‘gewoon doen’ zat er bij velen zó diep in. Waarom laten steeds meer slimme reizigers (en niet alleen vanwege corona) het handenschudden links liggen? En wat is dan het alternatief?
De handdruk verdwijnt: meer dan alleen hygiëne
Op de verjaardag van mijn oom in Utrecht vorige maand viel het me opeens op: mensen die elkaar na lange tijd weer zagen, zwaaiden en glimlachten — handen bleven veilig in de zak. Ook op werk (ik werk veel met collega’s uit Brabant en Groningen) is het nu eerder een lichte hoofdknik of een warme “Hoi!” dan die oude handdruk. Vreemd? Nee, eerder een logische ontwikkeling als je erover nadenkt.
- Niet iedereen voelt zich prettig bij fysiek contact met onbekenden
- Hygiëne is (vooral na 2020) voorgoed top of mind
- En eerlijk — je voorkomt er die ongemakkelijke “wie-reikt-wie-als-eerste” situaties mee
M’n collega uit Nijmegen zegt altijd: “Een glimlach herken ik zelfs met een mondkapje, een handdruk zegt mij tegenwoordig minder.” Misschien zit daar wat in.
Welke alternatieven zie je op reis in Nederland?
Los van de bekende ellebooggroet (al werd dat volgens mijn buurvrouw in Den Haag vooral “grappig bedoeld”), zijn er nu verrassend nuchtere alternatieven. Hieronder mijn impressie van wat je de laatste maanden vooral ziet:
- De hoofdknik. Vooral onder zakenreizigers: kort, vriendelijk en duidelijk — klaar!
- Hand op het hart. Persoonlijk vind ik dit een mooie vorm. Geeft waardigheid zonder direct contact.
- Zwaaien. Ja, het kan kinderachtig lijken, maar als je iemand bij een bushalte in Zaandam begroet, werkt het wonderwel.
- “Hoi” met een glimlach. In sommige buurten in Amsterdam doet niemand meer iets anders.
Eerlijk gezegd — ik was eerst wat terughoudend met die hand-op-hart groet. Maar nadat mijn Italiaanse vriend het standaard deed in Leiden, dacht ik: waarom niet? Het werkt, voelt oprecht. Of het voor iedereen zo is, weet ik niet…
Waarom juist nu veranderen onze gewoontes?
Voor corona had ik nooit nagedacht over handen wassen na een ontmoeting. Nu zijn desinfecterende gels standaard in mijn fietstas — volgens mij herkenbaar voor veel mensen. De Nederlandse nuchterheid zorgt ervoor dat de meeste mensen zonder drama overstappen. Nieuw gedrag verspreidt zich trouwens razendsnel via WhatsApp-groepen en buurtapps — mijn sportvereniging in Hilversum stemde binnen een week af: “Geen handen meer, gewoon groeten op afstand.”
Handig: zo maak je het minder ongemakkelijk
- Initiatief nemen. Begin zelf met een korte groet, glimlach of hoofdknik. Dan weet de ander gelijk wat je bedoeling is.
- Korte uitleg. Voel je weerstand? “Ik geef liever geen hand” als opening werkt meestal prima.
- Let op non-verbale signalen. Sommige mensen struikelen zelf nog over de aanpassing — even aftasten, geen haast maken.
Overigens zag ik vorige week op NS-station een Amerikaanse toerist die enthousiast zijn hand uitstak naar de conducteur. Klein misverstand, tot algemene hilariteit.
En een beetje nostalgie — is dat erg?
Misschien mis ik soms die stevige handdruk van mijn grootvader. Maar eerlijk: het leven is makkelijker geworden. Geen gênante momenten meer bij het voorstellen, geen gegok wat de “juiste” etiquette is in die vreemde Bed & Breakfast in Friesland.
Gaat het je nu allemaal te snel? Geef jezelf tijd — gewoontes veranderen langzaam. Je hersenen schakelen niet in 1 dag.
En u? Hoe begroet u op reis?
Ik ben benieuwd — kiest u voor knikken, hand op het hart of gewoon een vrolijke “Hoi”? Misschien brengt uw eigen ervaring iets nieuws. Dus… deel het vooral hieronder of stuur het door naar die ene collega die nog steeds naar een hand grijpt — we zijn tenslotte allemaal onderweg naar nieuwe manieren van contact. In het kort: de handdruk is passé, de alternatieven zijn er letterlijk voor iedereen. Nou ja, zo lijkt het nu…