Invoering
In de Verenigde Staten, te weten in Orlando, Florida, zijn er recente veranderingen aangebracht in een populair programma van Disney, dat bedoeld is om mensen met een handicap in staat te stellen lange wachttijden bij attracties te vermijden. Deze aanpassingen worden door sommige gehandicapte fans als te restrictief ervaren. Zij hebben een rechtszaak en een aandeelhoudersvoorstel ingediend om de criteria voor deelname uit te breiden. Het conflict over wie gebruik mag maken van het faciliteit om lange wachtrijen over te slaan, illustreert een recente poging van Disney om tegemoet te komen aan de behoeften van gehandicapte bezoekers while het bestrijden van misbruik uit het verleden.
Het programma voor toegang voor gehandicapten
Het programma, bekend als de Disability Access Service (DAS), stelt pasgebruikers en hun directe familie in staat om online een reservering te maken voor een attractie terwijl ze zich in het park bevinden. Vervolgens kunnen zij gebruik maken van een snellere rij die doorgaans ongeveer tien minuten duurt wanneer zij klaar zijn om de attractie te betreden. Personen met een DAS hoeven nooit in de reguliere wachtrijen te staan, die bij populaire attracties vaak twee uur of meer kunnen bedragen.
Het DAS-startte in 2013 als reactie op misbruik door zogenaamde ’tochtgidsen’ die geld betaalden door niet-gehandicapte gasten te begeleiden, om zo voorrang te krijgen bij de wachtrijen. Disney verklaarde dat het programma moest worden aangepast vanwege de groei in gebruik, die sinds de invoering was verviervoudigd. Vóór de recente wijzigingen steeg het percentage van gasten met DAS-passen van circa 5% naar 20% in de afgelopen twaalf jaar, zonder tekenen van afname.
Naast DAS biedt Disney aanvullende faciliteiten voor mensen met een handicap, waaronder braille-kaarten, speciale transferhulpmiddelen, rustplaatsen en gebarentolken voor bepaalde shows. Sommige servicedieren mogen in attracties worden toegelaten en afgelegde wachtrijen kunnen worden verlaten en opnieuw worden betreden door sommige gehandicapte gasten.
Wie komt nu in aanmerking?
De criteria voor deelname aan het DAS-programma zijn versmald. Voorheen kon elke gast met een breed scala aan handicaps gebruik maken van het programma, maar nu gaat het vooral om gasten met ontwikkelingsstoornissen zoals autisme of vergelijkbare aandoeningen, die problemen ondervinden bij het wachten in lange rijen. Voor toegang moeten gasten via een videogesprek worden geïnterviewd door een medewerker van Disney en een medische professional, die bepalen of iemand in aanmerking komt. Personen die liegen over hun situatie kunnen worden uitgesloten van het park.
Sommige mensen met een handicap die de aanvraag hebben geweigerd, uiten hun ongenoegen. Zo werd ook Bonadurer’s 25-jarige zoon, die blind is en lijdt aan cerebrale parese en autisme, afgewezen voor het programma. Bonadurer, een professional in de reisbranche, uitte haar teleurstelling hierover. Volgens haar probeert Disney te bepalen ‘of iemand genoeg gehandicapt is’.
Disney stelt dat de Amerikaanse wet op gelijke behandeling niet vereist dat mensen met verschillende handicaps op dezelfde manier worden behandeld. Voor die bezoekers die niet voldoen aan de nieuwe criteria, wordt ook alternatief aanbod gedaan, zoals prioritaire zitplaatsen in drukke scenario’s of toegankelijke voorzieningen.
Wat staat er nog meer op de planning?
Een aandeelhoudersvoorstel, ingediend door het groepje DAS Defenders, een belangenorganisatie van Disney-fans die tegen de veranderingen zijn, roept het bedrijf op om volgend jaar een onafhankelijke evaluatie van het beleid uit te laten voeren en de resultaten openbaar te maken. Dit voorstel beweert dat de wijzigingen in het DAS-programma hebben geleid tot minder bezoekers in de parken.
De advocaten van Disney gaven in november een brief aan de Securities and Exchange Commission, waarin zij aangeven dat ze het voorstel willen blokkeren voorafgaand aan de aandeelhoudersvergadering in 2026. Volgens Disney zou de daling in bezoekersaantallen niet door het beleid te wijten zijn, maar door orkanen. Daarnaast stellen zij dat het voorstel tot micromanagement kan leiden van de dagelijkse bedrijfsvoering.



